Vorige week had ik de randjes, die ik achter liep, bij gebeend en kon ik rustig iets nieuws verzinnen. Ik kreeg via een vriendin de mogelijkheid om een boek van William Morris in te kijken en zag daarin de prachtigste kussens en kleden gemaakt. Alles in de tent- en weaverbasketstitch. Erg mooi, want ik hou erg van de Jugendstil en Morris is een voorloper van deze kunstuiting. Laten we nu een antiek voetenbankje bezitten, dat al heel lang op een onzichtbare plek stond te schreeuwen om een nieuw dekkleedje. Ik heb het tevoorschijn gehaald.
Dat leek me dus het perfecte doel om zo’n William Morris borduursel voor te maken. Met veel moeite kreeg ik het dekje tussen het onderstel uit gewurmd met een heleboel groen velours dwarrelende stof. Mijn kleren zaten onder. Het velours is aan het vergaan, denk ik.
Eerst heb ik op gaas geprobeerd te werken met de tentstitch, maar met twee draden was het te dik en eentje draaje dekte niet het witte gaas. Een halve kruissteek met een dubbele draad beviel ook niet, met één draadje was het veel te kaal. Een kruissteek met een dubbele draad was weer te dik. Ik wist het niet meer. Een dag later heb ik linnen genomen en ben daar begonnen met kruissteken te borduren met één draad. Dat beviel me goed. Daar ga ik mee verder. Het linnen is dertien draden per centimeter, dus er komen zes à zeven kruissteken op een centimeter.
Maar de ene kant van de peer is af:
Volgens de beschrijving zou er een ongeborduurde achterkant aangezet kunnen worden, maar dat leek me zo kaal en mijn moeder zei altijd: “Achter wonen ook mensen”, dus ben ik toch maar begonnen om de achterkant te borduren.
In dezelfde stijl als de voorkant, maar met een paar verschillen. Het vogeltje op de achterkant is op een andere plek geplaatst. Ik ga lekker verder met improviseren en zie wel wat er uit groeit, dat vind ik leuk spannend.
Ondertussen zijn de twee nieuwe randjes geborduurd. De randjes zijn twaalf centimeter lang, dus het geborduurde deel is twaalf centimeter breed (smal dus). Ik heb voor deze twee randjes het tweede kleurtje gebruikt. Het zit al in het hartje van de vorige rand, maar dat zie je nauwelijks.
Ik heb een setje nieuwe blauwe kleuren fijne zijde besteld in Engeland en daar wacht ik op voor ik weer andere kleuren ga gebruiken. Dat duurt tot eind februari, want dan komen onze Engelse vrienden weer terug naar hun huis in Frankrijk en nemen het reeds gearriveerde setje zijde mee. Ik ben een geduldig iemand!
Al schrijvend realiseer ik me dat ik één projectje (de peer) af aan het maken ben, maar ook, dat ik er twee nieuwe bij heb, het voetenbankje en de randjes. Ik had me nog zo voorgenomen om eerst de lopende projecten af te maken voor ik een nieuwe zou beginnen… Ik ben te enthousiast. Dus doe ik drie projecten!